Slavernij 1 – Omgaan met slaafgemaakten

Door heel Europa werden in de zeventiende en achttiende eeuw slaafgemaakten gehouden. Miljoenen Afrikanen werden door de trans-Atlantische slavenhandel naar andere delen van de wereld getransporteerd.

Nederland kreeg tijdens de hoogtijdagen van de kolonisatiedrift onder andere delen van Ghana en Brazilië, Suriname en de Antillen in handen. De West-Indische Compagnie, de WIC, was een grote speler op de internationale slavenmarkt. Omstreeks 1770 werd er door Nederland jaarlijks in zo’n zesduizend mensen gehandeld.

Als slaafgemaakte werd je gedwongen te werken op plantages voor suiker, koffie en katoen. Je had geen inspraak over je leefomstandigheden. Kinderen van slaafgemaakten werden automatisch ook slaafgemaakte. Opstanden werden de kop ingedrukt en soms bloedig neergeslagen. Hoewel wij slavernij tegenwoordig als een misdaad tegen de menselijkheid beschouwen, was bezit over een ander mens in deze tijd geen uitzondering. We hebben in de wereldgeschiedenis langer een tijd mét slavernij dan zónder slavernij gekend.

Slaafgemaakten werden niet als gelijken beschouwd. Zij werden gezien als minderwaardig, als bezit, beest of machine en als iets waarover de ‘superieure’ witte mens zich moest ontfermen. Dat moest mentaal ook wel: je kunt een mens niet als slaafgemaakte behandelen als hij jouw gelijke is. Het moet een Ander zijn.

RP-P-1896-A-19368-2045
Israëlieten werken als slaven in Egypte, Jan Luyken, 1703 – 1762. Rijksmuseum.
 

Vragen en opdrachten

1. De Bijbel was in het verleden een gezaghebbende tekst. Ga in de digitale versie van de Bijbel op zoek naar voorbeelden van slavernij. Maak gebruik van de zoekfunctie. De website vind je hier.

a. Beschrijf op welke manier er over slavernij wordt gesproken in de Bijbelboeken Exodus, Leviticus en Deuteronomium. Geef ten minste één citaat.
b. Beschrijf op welke manier er over slavernij wordt gesproken in het Bijbelboek Spreuken. Geef ten minste één citaat.
c. Ook in het Nieuwe Testament wordt slavernij behandeld. Leg uit hoe slaafgemaakten zich volgens de Bijbel moeten gedragen tegenover hun meesters.
d. Was slaafgemaaktzijn de regel of de uitzondering in Bijbelteksten? Beargumenteer je antwoord.

2. Hoe denk je dat mensen uit de zeventiende en achttiende eeuw omgingen met dit soort fragmenten uit de Bijbel? Beargumenteer je antwoord.

3. In 1842 werd een brief gestuurd naar de plantage-eigenaren en beheerders van Suriname. Zij werden daarin op de hoogte gesteld van enkele aanpassingen in het reglement. Het belangrijkste punt was dat eigenaren voortaan werd afgeraden om slaafgemaakten ’s nachts te laten doorwerken. Lees deze tekst, een kopie van deze geheime circulaire, aandachtig door. Maak eventueel gebruik van het Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT). De tekst van de brief vind je hier .

a. Wat vind jij van deze tekst? Vind je het schokkend? Motiveer je antwoord.
b. Noteer de redenen die genoemd worden om slaafgemaakten lang te laten werken. Beschrijf wat voor mensbeeld hieruit naar voren komt.
c. Beschrijf waarom het volgens de tekst belangrijk is om slaafgemaakten kennis te laten nemen van het christendom.
d. Slaafgemaakten werden in deze tijd niet als gelijken gezien. Uit welke woorden en uit welke aannames over slaafgemaakten blijkt dat? Beargumenteer je antwoord.